Geef hier een voorstelling van uw organisatie, en meer bepaald van haar Good Food-benadering.

Praktische gids ‘bodemanalyse voor telen in de stad’

Hoe weet u of uw terrein verontreinigd is? Heel eenvoudig: volg de 6 stappen van de praktische gids ‘bodemanalyse voor telen in de stad’!

Stap 1: Info verzamelen ivm de staat van de bodem van uw terrein

Vooraleer tot een bodemanalyse over te gaan, kunt u best zoveel mogelijk informatie verzamelen over uw terrein. Aan de hand daarvan kunt u de eventuele verontreinigingsrisico’s bepalen, de aard van de mogelijke verontreiniging en de zones waar het risico het grootst is. Het is dus belangrijk om deze risico’s vooraf te beoordelen.

De kaart met de staat van de bodem en de PFAS-kaart zijn de gemakkelijkste en belangrijkste hulpmiddelen om na te gaan of uw terrein (mogelijks) verontreinigd kan zijn. U kunt ze gratis raadplegen op de website van Leefmilieu Brussel en ze zullen u helpen om te bepalen of er risico’s zijn voor uw gezondheid. Deze kaarten worden elke dag bijgewerkt op basis van gemelde incidenten, uitgevoerde studies en werken en nieuwe, stopgezette of overgedragen activiteiten.

Kaart met staat van de bodem

  • Mijn terrein is niet opgenomen in de bodeminventaris

Dit betekent dat Leefmilieu Brussel niet over informatie over een mogelijke bodemverontreiniging beschikt. In dat geval raden we u aan de informatie in deze gids te lezen om te weten of een bodemanalyse noodzakelijk is: ga naar stap 2: uw terrein observeren en kennen.

  • Mijn terrein is opgenomen in de bodeminventaris

Leefmilieu Brussel kent een categorie toe aan elk perceel dat in de bodeminventaris is ingeschreven.
Deze categorieën werden oorspronkelijk niet gedefinieerd met het oog op stadslandbouw. De onderstaande tabel geeft voor elke categorie indicaties betreffende de aanleg van een moestuin.

Tabel: categorieën bodeminventaris

Uw terrein behoort tot categorie:Wat moet u doen?
0 (geel)
Mogelijk verontreinigde percelen
Deze categorie bevat de terreinen waar verontreiniging wordt vermoed. Het is dus aan te raden bodemanalyses uit te voeren vooraleer met het telen te beginnen. In geval van (onder andere) een verkoop van het terrein  is een verkennend bodemonderzoek verplicht. In overeenstemming met de geldende wetgeving zal een bodemverontreinigingsdeskundige dit verkennend bodemonderzoek uitvoeren. Hij kan ook onderzoeken of uw moestuin al of niet verontreinigd is.
Deze categorie kan overlappen met een van de onderstaande categorieën en in dat geval zijn er al bodemonderzoeken beschikbaar.
1 (groen)
Niet-verontreinigde percelen
Er zijn al bodemonderzoeken beschikbaar : uw terrein is niet verontreinigd. Indien er boringen ter hoogte van de moestuin, boomgaard of het pluimvee uitgevoerd werden, kunt u deze zonder problemen verder zetten of starten. Indien de locatie ervan niet onderzocht werd, raden we u aan om de informatie in deze gids te lezen om te weten of een bodemanalyse noodzakelijk is: ga naar “Stap 2: uw terrein observeren en kennen”.
2 (lichtblauw)
Licht verontreinigde percelen zonder risico

Er zijn bodemonderzoeken beschikbaar: uw terrein is licht verontreinigd. Indien er boringen ter hoogte van de moestuin, boomgaard of het pluimvee uitgevoerd werden, kunt u deze zonder problemen verder zetten of starten. Zo niet raden we u aan om   de informatie in deze gids te lezen om te weten of een bodemanalyse noodzakelijk is: ga naar “Stap 2: uw terrein observeren en kennen”.

Aandachtspunt: als u zich in een industriezonebevindt, zullen de gehanteerde verontreinigingsnormen minder streng zijn. De verontreiniging kan dus aanzienlijk zijn, maar het terrein zal tot categorie 2 behoren. U moet dus de resultaten van het onderzoek opvragen en ze analyseren.

Als u zich daarentegen in een groene zone bevindt, zullen de normen strenger zijn.

3 (donkerblauw)
Verontreinigde percelen 
Uw terrein is verontreinigd. Een analyse van de uitgevoerde bodemonderzoeken is nodig om na te gaan of er zones op het terrein zijn waar het houden van een moestuin, boomgaard of pluimvee mogelijk is (zones waar de bodem niet verontreinigd is). Betreft het een verontreiniging met Lood, Cadmium, PFAS, pesticiden of asbest, in de bovenste 60 cm, dan is het houden van een moestuin, boomgaard of pluimvee ter hoogte van de verontreiniging niet toegestaan. Betreft het een verontreiniging met andere parameters dan dienen de gebruiksbeperkingen opgelegd in de risicostudie gevolgd te worden. De bodemfacilitator kan u helpen bij de interpretatie van de bodemonderzoeken.
4 (Paars)
Verontreinigde percelen in onderzoek of behandeling
Uw terrein is verontreinigd en er worden onderzoeken uitgevoerd. Het houden van een moestuin, boomgaard of pluimvee is niet toegestaan op een bodem die in de bovenste 60 cm verontreinigd is met Lood, Cadmium, PFAS, pesticiden of asbest. Betreft het een verontreiniging met andere parameters dan dienen de gebruiksbeperkingen (opgelegd na het afsluiten van de bodemprocedure) gevolgd te worden. Raadpleeg de uitgevoerde bodemonderzoeken om na te gaan in welke zones het houden van een moestuin, boomgaard of pluimvee mogelijk is (de zones waar de grond niet verontreinigd is). De bodemfacilitator kan u hierbij  helpen.

*De normen worden bepaald op basis van het gewestelijk bestemmingsplan dat u kunt raadplegen via deze link.

Hoe kunt u de gedetailleerde resultaten van de uitgevoerde bodemonderzoeken verkrijgen?

Mits schriftelijke toestemming van de persoon die het onderzoek heeft laten uitvoeren (de eigenaar of uitbater van het terrein), kunt u Leefmilieu Brussel een elektronische kopie van het onderzoeksrapport of de niet-technische samenvatting vragen. Die aanvraag is betalend (de niet-technische samenvatting is gratis) en gebeurt via een formulier dat beschikbaar is op de website van Leefmilieu Brussel of via het platform IRISbox, het elektronische loket van het Brussels Gewest. 

PFAS-kaart

Dit betekent dat volgens de informatie waarover Leefmilieu Brussel beschikt er geen theoretisch risico is op een verontreiniging met PFAS. In dat geval raden we u aan de informatie in deze gids te lezen om te weten of een bodemanalyse noodzakelijk is: ga naar “Stap 2: uw terrein observeren en kennen”.

Dit betekent dat volgens de informatie waarover Leefmilieu Brussel beschikt er een theoretisch risico is op een verontreiniging met PFAS. Afhankelijk van de kleur van uw terrein is dit risico groot of zeer groot. Er is een vermoeden van verontreiniging, in dat geval is het aangeraden om bodemanalyses uit te voeren vooraleer u begint te telen.

Stap 2: Uw terrein observeren en kennen

Het terrein systematisch observeren geeft een goede indicatie van de elementen die het mogelijk verontreinigen of verontreinigd hebben.

U kunt ook meer informatie inwinnen over de geschiedenis van het terrein, bijvoorbeeld bij de buren of de gemeente.

Doe de test: als het antwoord op een van de volgende vragen JA is, kan de bodem van uw terrein verontreinigd zijn:

  • Is/was er een stookolietank aanwezig?
  • Bevinden er zich bussen of flessen met (resten van) gevaarlijke producten (gebruikte olie, oplosmiddelen enz.) op het terrein?
  • Ziet u as op de bodem (bijvoorbeeld afkomstig van een allesbrander)?
  • Is de bodem opgehoogd (in dat geval bevat hij meestal bouwafval, stukken baksteen of zelfs kleine hoeveelheden afval, stukjes plastic …)?

Aarzel niet om de bodem een beetje uit te graven.

  • Ligt er afval (bijvoorbeeld plaatstaal, metalen …)?
  • Ligt er asbestverdacht materiaal?
  • Ruikt de bodem verdacht naar olie of oplosmiddelen bijvoorbeeld? (een geur van rottende planten is geen verontreiniging!)
  • Ligt uw terrein naast een grote verkeersader (spoorweg, autosnelweg, drukke weg …)?
  • Zijn andere omwonenden of vroegere gebruikers op de hoogte van elementen die op mogelijke bodemverontreiniging kunnen wijzen (vorig gebruik van het terrein bijvoorbeeld) ? Aarzel niet om het hen te vragen!
  • Is er een interventie van de brandweer geweest ten gevolge een brand ?

Wat moet ik doen als er elementen zijn die op bodemverontreiniging wijzen?

In dat geval is het nuttig om een bodemstaal van één of meer verdachte zones te nemen en het te laten analyseren.

Stap 3: Een laboratorium kiezen

Bepaal, voor u een staal neemt, naar welk laboratorium u uw bodemstalen wilt sturen om ze te laten analyseren.

U kunt kiezen uit: 

Vraag, nadat u een laboratorium hebt gekozen, welke procedure u moet volgen om een analyse aan te vragen (de meeste laboratoria hebben daar aanvraagformulieren voor).

Indien u PFAS wil laten analyseren, vraag dan zeker of dit mogelijk is in het labo dat u hebt gekozen! Op de website van OVAM staat een lijst van labo’s die PFAS in de bodem analyseren. OVAM is echter niet verantwoordelijk voor de volledigheid ervan.

Stuur uw staal zo snel mogelijk naar het laboratorium -via de post of met een koerier- en vraag uw analyse aan (sommige laboratoria hebben een eigen koerier).

Het is aan te raden de eigenaar van het terrein op de hoogte te brengen wanneer u een bodemanalyse laat uitvoeren en hem de resultaten te bezorgen.

Stap 4: Een bodemstaal nemen in uw moestuin

De methode waarmee u de stalen neemt, kan het resultaat van de analyse beïnvloeden en zelfs vervalsen. Het is dus heel belangrijk dat al het materiaal schoon is. U moet het potje voor het staal en het schepje dus goed schoonmaken en grondig spoelen met zuiver water (andere reinigingsmiddelen zijn niet toegestaan). Laat ze daarna in de lucht drogen. Het schepje moet gemaakt zijn van roestvrijstaal. 

De meeste laboratoria beschikken ook over gebruiksklare potjes voor bodemstalen die u vooraf niet hoeft te reinigen of te spoelen.

Welk materiaal hebt u nodig? 

  • Notaboekje en potlood (optioneel)
    • Opgelet: indien u PFAS wil laten analyseren mogen geen hardcovernotitieboekjes of plastiekclipboards gebruikt worden.
  • Nieuwe wegwerphandschoenen of nitril handschoenen voor PFAS
  • Een schoon, onbeschadigd stuk plastic zeil (optioneel)
  • Schone glazen bokaal van minstens 400 ml
  • Schepje of spade
  • Etiketten
  • Koelbox of koelelementen (voor de analyse van de vluchtige stoffen)
    • Opgelet: indien u PFAS wil laten analyseren zijn flexibele koelelementen met koelvloeistof niet toegestaan.

Indien u PFAS wil laten analyseren, moet u ook op onderstaande letten:

  • Vermijd rechtstreeks contact tussen waterdichte kleding en het staal dat u neemt
  • Voorkom dat regenwater via kleding in het staal loopt
  • Gebruik geen kleding dat met wasverzachter gewassen werd
  • Schoenen/laarzen moeten gemaakt zijn van polyurethaan (PU/PUR) of PVC, ze mogen geen Gore-Tex bevatten en niet behandeld geweest zijn met waterafstotende producten
  • Gebruik voor u het staal neemt geen vochtinbrengende middelen, handcrème, zonnecrème, muggenmelk of andere gerelateerde producten

Hoeveel stalen moet u nemen en waar?

Vooraleer u het bodemstaal neemt, kunt u best een schets maken waarop u de plaats aanduidt waar u het bodemstaal gaat nemen. Dat zal u helpen om deze plaats later terug te vinden. 

  • Voor kleine moestuinen (minder dan circa 50 m²) volstaat één staal. 
  • Voor grote moestuinen kan het nuttig zijn om meerdere stalen te laten analyseren. De onderstaande tabel geeft het minimale aantal aanbevolen stalen aan afhankelijk van de oppervlakte van de moestuin:
Oppervlakte van de moestuinAantal stalen
Tussen 50 en 250 m²2 potjes met stalen
Tussen 250 en 500 m²3 potjes met stalen
Tussen 500 en 1000 m²4 potjes met stalen

Voor een geïdentificeerde verdachte zone (bijvoorbeeld waar u een geur van olie of oplosmiddelen waarneemt, een ophoging, een zone waar een interventie van de brandweer ten gevolge een brand geweest is…) raden we aan een gericht staal te nemen. 

Als er meerdere verdachte zones zijn in de moestuin, kunt u ook beslissen om meerdere stalen te nemen. Bijvoorbeeld een staal in een zone waar zich ophogingen bevinden en een staal op een plaats die naar olie of andere stoffen ruikt.

Hoe neemt u een bodemstaal?

Om een stalenpotje te vullen, kiest u 3 plaatsen in uw moestuin en neemt u een schep (met een schepje of een schop) van de eerste 20 cm grond. Meng deze 3 grondstalen (eventueel op een schoon onbeschadigd stuk plastic) en vul de pot tot de rand met deze grond. Raak de grond niet aan met blote handen of vuile handschoenen. 

Als u een staal wilt nemen op een plaats van een verdachte zone, volstaat het om het potje alleen te vullen met grond van deze verdachte plaats (en niet verschillende stalen te mengen). Anders verdunt u het staal en krijgt u minder nauwkeurige resultaten. 

Sluit het potje goed af.

De stalen identificeren

Kleef een etiket op de pot en schrijf er uw naam en de datum van de staalname op. Als u meerdere potjes hebt, vermeld dan ook de plaats waar u de stalen hebt genomen. Dat is belangrijk om daarna de resultaten te kunnen analyseren! De schets die u hebt gemaakt, kan u daarbij helpen.  

Hoe bewaart u het staal?

Zet het staal op een koele plaats. Bewaar het nooit in de zon of in de buurt van een radiator!
Als u uw staal wil laten onderzoeken op vluchtige stoffen zoals oplosmiddelen of bepaalde brandstoffen (bv. benzine), kunt u het staal beter bewaren in een koelbox, of als dat kan, in een koelkast.

Stap 5: Een bodemstaal van uw moestuin laten analyseren

Op welke chemische stoffen moet u het staal laten onderzoeken?

De analyse van polycyclische aromatische koolwaterstoffen (PAK’s), zware metalen en minerale oliën is al een goede basis om de staat van verontreiniging van uw moestuin te controleren.
Als u verontreiniging met andere stoffen vermoedt (ontvettingsproducten, benzine, asbest, PFAS, pesticiden enz.), kunt u vragen om het staal op andere, meer specifieke stoffen te onderzoeken. Uw laboratorium kan u informeren over de verschillende analysemogelijkheden.
De resultaten worden meestal binnen een maand verzonden.

Hoeveel kost dit?

Reken 50 tot 60 euro voor de analyse van een bodemstaal op zware metalen, PAK’s en minerale olie (maar soms zijn er meerdere stalen nodig!). De prijzen voor de andere parameters kunnen sterk variëren afhankelijk van de geanalyseerde parameter en kan oplopen tot enkele honderden euro’s. Een analyse op PFAS kost gemiddeld 200 euro. Uw laboratorium kan u informeren over de prijzen van de bodemanalyses.

Stap 6: De resultaten interpreteren

Om te weten of u voorzorgsmaatregelen moet nemen in verband met uw moestuin, kunt u de analyseresultaten die u van het laboratorium hebt ontvangen vergelijken met de drempelwaarden in de onderstaande tabel. 

Waarmee stemmen deze drempelwaarden overeen?

Drempelwaarde 1 stemt overeen met de interventienorm voor een woonzone (volgens het Gewestelijk bestemmingsplan) zoals voorzien door het besluit  tot vaststelling van de interventienormen en saneringsnormen. Het zijn dus de officiële normen waarboven uw terrein als verontreinigd wordt beschouwd als het zich in een woonzone bevindt. Deze normen werden onder meer bepaald op basis van analyses van de risico’s voor de menselijke gezondheid en het milieu. De optiek van ongunstige scenario’s werd weerhouden omdat men rekening houdt met personen die hun gehele leven aan de verontreiniging zijn blootgesteld. 

Drempelwaarde 2 is een concentratie die door Leefmilieu Brussel werd berekend op basis van een risicobeoordelingsmodel, voor een woning met een moestuin. Boven deze berekende concentratie moeten er maatregelen worden genomen om contact met de aanwezige verontreiniging te vermijden en mogelijke negatieve gevolgen voor de menselijke gezondheid te vermijden. 

Stof (mg/kg)Drempelwaarde
1*
Drempelwaarde
2*
 Stof (mg/kg)Drempelwaarde
1*
Drempelwaarde
2*
Zware metalenKoolwaterstoffen
Arseen103103Naftaleen55
Cadmium6/Benzo(a)pyeen3,64,86
Chroom (III)240240Fenantreen65236
Koper1972359Fluoranteen30195
Kwik4,84,8Benzo(a)antraceen10,533
Lood560/Chryseen180375
Nikkel95151Benzo(b)fluoranteen737
Zink3334099Benzo(k)fluoranteen11,537
 Benzo(ghi)peryleen39203920
Indeno(1,2,3-cd)pyreen2037
Stof (mg/kg)Drempelwaarde
1*
Drempelwaarde
2*
 Antraceen7024420
Minerale olieFluoreen39503950
Minerale olie (C10-C40)10001000Dibenz(a,h)antraceen2,94,45
 Acenafteen1430
Acenaftyleen111
Pyreen3952387
Stof (µg/kg)Drempelwaarde 1*Drempelwaarde 2*    
PFASStof (mg/kg)Drempelwaarde 1*Drempelwaarde 2*
PFOA7,9/Asbest**100/
PFOS4,9/    
Som PFAS TOTAAL8/    

** hechtgebonden asbestconcentratie vermeerderd met tienmaal de niet-hechtgebonden asbestconcentratie

Disclaimer:
Leefmilieu Brussel kan noch direct, noch indirect aansprakelijk worden gesteld voor de manier waarop deze aanbevelingen worden gebruikt en geïnterpreteerd. De betrokkene is als enige verantwoordelijk om ervoor te zorgen dat de omstandigheden geschikt zijn om op de gekozen plaats te tuinieren

Wat moet u doen als de gemeten concentratie hoger is dan deze waarden?

Er is geen drempelwaarde overschredenLow concern  (Niet “zorgwekkend”)

Uw terrein wordt niet als verontreinigd beschouwd en u kunt dus met een gerust hart starten met een moestuin of groenten blijven telen in uw moestuin.

Aanbevolen acties niveau 0

 

Drempelwaarde 1 werd overschreden voor minstens één parameter (maar niet voor cadmium, lood, PFAS, pesticiden en asbest)Medium concern (Weinig “zorgwekkend”)

De bodem van uw moestuin is licht verontreinigd. U kunt echter met een gerust hart groenten telen op voorwaarde dat u de volgende richtlijnen in acht neemt :

de aanbevelingen van niveau 0 EN de aanbevelingen van niveau 1

Drempelwaarde 1 werd overschreden voor cadmium, lood, PFAS; pesticiden en/of asbest

OF

drempelwaarde 2 werd voor minstens één andere parameter overschreden 

High concern (zeer zorgwekkend)

Het terrein is verontreinigd en gezondheidsrisico’s kunnen niet uitgesloten worden. Vermijd dus om in volle grond te telen en vermijd elk direct contact met de verontreiniging.

De aanbevelingen van niveau 0, niveau 1 EN de aanbevelingen van niveau 2 dienen in acht genomen te worden

Enkele concrete voorbeelden:  

  • Voorbeeld 1: Voor zink bedraagt drempelwaarde 1 333 mg/kg .
    Het analyseresultaat dat ik van het laboratorium ontvang, geeft aan dat mijn bodem een concentratie van 100 mg/kg zink bevat.  Er is dus geen drempelwaarde overschreden en ik kan groenten telen.
  • Voorbeeld 2: Voor koper bedraagt drempelwaarde 1 197 mg/kg en drempelwaarde 2 2359 mg/kg.
    Het analyseresultaat dat ik van het laboratorium ontvang, geeft aan dat mijn bodem een concentratie van 1200 mg/kg koper bevat. Drempelwaarde 1 is overschreden, maar drempelwaarde 2 niet.  Ik kan groenten telen, maar ik moet de aanbevelingen van niveau 1 in acht nemen.
  • Voorbeeld 3: Voor Cadmium bedraagt drempelwaarde 1 6 mg/kg.
    Het analyseresultaat dat ik van het laboratorium ontvang, geeft aan dat mijn bodem een concentratie van 8 mg/kg cadmium bevat. Aangezien het cadmium betreft en dit één van de uitzonderingen is samen met lood, PFAS, pesticiden en asbest, dien ik niet meer met drempelwaarde 2 te vergelijken, maar kan ik meteen besluiten dat ik geen groenten teel in volle grond ter hoogte van de verontreinigde zone. Ik teel in bakken of verplaats mijn moestuin naar een niet verontreinigde zone.  
  • Voorbeeld 4: Voor benzo(a)pyreen bedraagt drempelwaarde 1 3,6 mg/kg  en drempelwaarde 2 4,86 mg/kg.
    Het analyseresultaat dat ik van het laboratorium ontvang, geeft aan dat mijn bodem een concentratie van 5,9 mg/kg benzo(a)pyreen bevat. Drempelwaarde 2 is overschreden. Ik teel geen groenten in volle grond in de verontreinigde zone, maar ik teel in bakken of ik verplaats mijn moestuin naar een niet verontreinigde zone.

Aanbevolen acties

Niveau 0

Uw terrein wordt niet als verontreinigd beschouwd en u kunt dus met een gerust hart starten met een moestuin, of groenten blijven kweken in uw moestuin. Toch raden we u aan om onderstaande aanbevelingen op te volgen. 

  • Was of schil uw groenten en fruit altijd voor u ze eet.
  • Was uw handen nadat u in de tuin hebt gewerkt.
  • We raden ook aan om uw moestuin te bewerken volgens de goede praktijken voor tuinieren om toekomstige bodemverontreiniging te vermijden.

Niveau 1

Uw bodem is licht verontreinigd. U kunt echter met een gerust hart groenten telen, op voorwaarde dat u de aanbevelingen van niveau 0 en de onderstaande aanbevelingen in acht neemt.

  • Schil wortelgroenten voor u ze eet of bereidt.
  • Zorg voor een variatie in groenten en fruit en wissel af tussen groenten en fruit uit uw eigen tuin en uit de winkel.
  • Vermijd het mee in huis brengen van verontreinigde grond.
  • Niet alle planten zijn even gevoelig voor bodemverontreiniging. Teel geen planten waar verontreinigde stoffen zich opstapelen. Zie: speelt het soort groenten dat ik teel een rol bij bodemverontreiniging?
  • Laat de grond niet braak liggen :
    • Zorg dat de verontreinigde bodem zoveel mogelijk bedekt of begroeid is, zodat er zo weinig mogelijk contact met deze verontreinigde grond mogelijk is en om te vermijden dat bodemdeeltjes worden verspreid door de wind of de regen. U kunt de bedden bedekken met compost of afgehakseld groenafval. In het algemeen is dit ook een goede praktijk om de bodem en het bodemleven te beschermen.
    • Bedek de rest van de verontreinigde zone, die niet zal worden bewerkt, zoals paadjes. Bijvoorbeeld met houtsnippers om te vermijden dat iemand met de bodemverontreiniging in contact komt.

Niveau 2

Uw bodem is verontreinigd en dit kan risico’s inhouden. Neem de aanbevelingen van niveau 0, 1 en de onderstaande aanbevelingen in acht.

  • Teel uw groenten in bakken of andere recipiënten die u vult met schone grond en compost, waarvan u de herkomst kent;
  • Of bedek het terrein met een laag zand van 10 cm dik en hoog het daarna op met minstens 60 cm schone teelaarde zodat de wortels van de planten niet in de verontreinigde zone doordringen;
  • Het houden van kippen ter hoogte van de verontreinigde zone wordt afgeraden zolang er geen fysieke scheiding is met de verontreinigde grond.

U kunt de vastgestelde bodemverontreiniging ook laten saneren, bijvoorbeeld door afgraving. Om het goede verloop van de saneringswerken te garanderen, moet deze verplicht worden opgevolgd door een bodemverontreinigingsdeskundige en een bodemsaneringsaannemer. De verontreinigde grond moet bovendien worden afgevoerd naar een erkend verwerkingscentrum. Een bodemsanering brengt aanzienlijke kosten met zich mee.

Meer informatie vindt u op onze webpagina’s over de behandelingstechnieken

De verontreiniging afbakenen 

In sommige gevallen geeft de observatie van de aard van de bodem al een eerste indicatie van de omvang van de verontreiniging. Als uw terrein bijvoorbeeld een zone bevat waar u alleen natuurlijk zand ziet, en een andere zone die duidelijk werd opgehoogd (heterogene grond die stukken baksteen ed bevat), is de kans groot dat de bodemverontreiniging tot die laatste zone beperkt is.
Als een bepaalde zone of een specifiek staal verontreinigd is, kunt u ook bijkomende analyses laten uitvoeren om de verontreiniging beter af te bakenen.

Als u andere stoffen hebt laten analyseren

Als u analyseresultaten hebt voor andere verontreinigende stoffen dan de bovenvermelde stoffen, kunt u eerst en vooral de resultaten vergelijken met de interventienormen voor een woonzone die werden bepaald door het besluit tot vaststelling van de interventienormen en saneringsnormen.
Als u een bodemverontreiniging vaststelt die deze interventienorm overschrijdt, raden we u aan een bodemverontreinigingsdeskundige te raadplegen om na te gaan welke specifieke maatregelen u moet nemen om elk contact met de verontreiniging te vermijden.

Afhankelijk van de aard van de vastgestelde verontreiniging en de gemeten concentraties, kunnen namelijk andere maatregelen noodzakelijk zijn.

Documentatie

Controleattest grootkeukens (burgers)

Het Good Food controleattest voor grootkeukens richt zich op centrale keukens waar dagelijks een groot aantal maaltijden wordt geproduceerd die bestemd zijn voor kantines in scholen, kinderdagverblijven, woonzorgcentra, bedrijven ... in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

 

Doel

Het Good Food label dient o.a. om kantines die zich richten op particulieren aan te zetten duurzamer te werk te gaan. Voor de grootkeukens bestaat zo’n label niet, terwijl zij toch vaak een belangrijke leverancier zijn van deze kantines.

Daarom werd een attest in het leven geroepen dat als doelen heeft:

  • na te gaan of een grootkeuken in staat is om aan de kantines waar ze levert een gamma aan te bieden dat voldoet aan de vereisten van het Good Food label
  • de toegang tot het label voor kantines te vergemakkelijken

 

Hoe werkt het?

Grootkeukens die een controleattest willen verkrijgen, moeten aan een aantal duurzaamheidscriteria voldoen. Daarmee tonen ze aan dat ze kantines die het Good Food label hebben, kunnen voorzien van een aanbod dat aan de standaarden van het label tegemoet komt.

Het is dus geenszins een label, enkel een bewijsstuk dat kantines kan overtuigen om met de grootkeuken te werken. De grootkeuken mag in haar communicatie dus ook niet verwijzen naar een label. Wel mag ze de Brusselse kantines waarmee ze samenwerkt laten weten dat ze het controleattest heeft behaald.

Belangrijk

  • De lijst van geattesteerde bedrijven zal niet gepubliceerd worden. Kantines die op zoek zijn naar een geattesteerde grootkeuken, kunnen de lijst aanvragen per e-mail bij de Helpdesk Kantines.
  • Een kantine zal in geen enkel geval het Good Food label kunnen halen als de grootkeuken waarmee ze samenwerkt niet beschikt over een geldig attest.
  • Het attest is twee jaar geldig.

 

Doelpubliek

Alle grootkeukens die, ongeacht het aantal maaltijden, leveren aan een restaurant of kantine in:

  • Scholen
  • Bedrijven
  • Overheidsinstellingen
  • Kinderdagverblijven
  • Universiteiten
  • Rusthuizen
  • Gezondheidscentra
  • Ziekenhuizen
  • Enz.

die gelegen zijn in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Geattesteerde grootkeukens

Ontdek hier de lijst van de geattesteerde centrale grootkeukens

Overheidssteun

Nic Nac Solidair

Nic Nac Solidair is een buurtkeuken in Laken.

Het project, gevestigd in het Gemeenschapscentrum Nekkersdal, wil buurtbewoners een plek bieden om elkaar te ontmoeten en kennis uit te wisselen over ecologisch koken.

Om het gevoel van eenzaamheid dat sommige bewoners voelen tegen te gaan, wil het project een netwerk ontwikkelen om te voorzien in de behoefte aan kennis over ecologisch koken en gezond eten. Het idee is dat deelnemers deze kennis mee naar huis kunnen nemen en kunnen toepassen in hun dagelijkse kookkunsten.

Dit project werd ondersteund door Leefmilieu Brussel in het kader van de oproep voor burgerprojecten Vooruit met de Wijk - thema Good Food in 2023-2024.

Inspirerende projecten

Cassonade

Cassonade is een solidair restaurant in de Hertogin van Brabantwijk in Molenbeek. In april 2021 kwamen enkele buurtbewoners samen om maaltijden te voorzien tijdens de Ramadan voor mensen in nood. Geïnspireerd door de gedeelde solidariteit, vrijgevigheid & gastvrijheid groeide een buurtplek waar men elke weekdag welkom is om een maaltijd te delen met een ander, genaamd Cassonade.

Bienvenue, Welkom, مرحباً, , Benvenuto, bienvenido, स्वागत छ!

Van maandag tot vrijdag toveren de chefs & vrijwilligers van Cassonade warme, gezonde & verukkelijke maaltijden uit hun mouwen - van Braziliaanse stoofpot tot Siciliaanse pistaichepasta, Nepalese momo, West-Afrikaanse Foutou banane en niet te vergeten <de beste couscous van Brussel>!

Buurtbewoners komen samen rond een maaltijd. Toch is Cassonade meer dan een restaurant. Geinspireerd door het alternatieve model van een gifteconomie streven we ernaar om een ontmoetingsplek te zijn voor de verschillende culturen & achtergronden die Brussel te rijk is. Een plek waar men rond de tafel, tijdens het snijden van groenten of het drinken van een koffie, in verbinding kan komen met de ander. In plaats van een ruilsysteem op basis van marktwaarde, functioneert Cassonade op giften, wat zowel een financiele bijdrage of helpen met groenten snijden kan zijn. Bij ons ben je geen consument, maar een participant die onderdeel uitmaakt van een wederkerig proces van gemeenschap & ontmoeting.

À vite! Tot snel! اراك قريبا, a presto, vejo voce em breve, चाडै भेटौला

Inspirerende projecten

Jette ta recette

Ter info: de inhoud van dit formulier bestaat alleen in het Frans

 

Le projet citoyen Jette ta recette organise des ateliers de cuisine pour apprendre ensemble à éviter le gaspillage alimentaire, consommer local et de saison. Il est porté par des membres de plusieurs Cuisines de quartier avec différentes cultures culinaires (récupération d’invendus, halal, bio…) qui souhaitent créer des temps d'échange entre elles et ouverts aux voisin·e·s du quartier.

Le groupe a organisé 6 ateliers de cuisine dans un lieu commun : la cuisine de l’Espace CBO – C’est Bon d’être Ouvert – à Jette. Pendant les ateliers, les participant·e·s se rencontrent, échangent autour de leurs pratiques culinaires et apprennent ensemble. Les ateliers sont tantôt animés par les membres des groupes Cuisines de quartier elles-mêmes, tantôt par des professionnel·le·s invité·e·s. Le projet a permis d'équiper une cuisine de quartier partagée par plusieurs acteurs·rices et de renforcer les liens et l'autonomie des membres du mouvement Cuisines de quartier.

Ce projet a été soutenu par Bruxelles Environnement dans le cadre de l’appel à projets citoyens Inspirons le Quartier - volet Good Food de 2022 à 2023.

Inspirerende projecten

Objectif Manger Malin Auderghem

Ter info: de inhoud van dit formulier bestaat alleen in het Frans

 

Le projet Objectif Manger Malin est porté par un groupe de citoyen·ne·s motivé.e.s à sensibiliser les Auderghemois·es à la thématique d'une alimentation durable, éco-responsable et de les accompagner dans leur transition alimentaire.

Entre mars et juin 2023, le groupe a organisé 4 activités dans divers lieux d'Auderghem et posté 10 défis hebdomadaires en ligne. Ces initiatives ont permis de favoriser la rencontre entre les habitant·e·s et les acteurs·rices Good Food d'Auderghem : The Barn (bio market), Bio Sauvage (épicerie bio), Bocally (click and collect), Färm (magasin bio), À l’Épi d’Or (boulangerie), Fristouille (cuisine durable), GASAP (livraison de paniers bio), Les Jardins de la Vignette (potager collectif), Le Moulin à légumes (potager et compost de quartier), Rencontre des Continents (service d’éducation permanente), La Ruche qui dit Oui (click and collect), Urban Fish Farm & Market (magasin de spécialités, poissons durables), Tartine & Boterham (guide des boulangeries artisanales), WORMS (valorisation des matières organiques).

Ce projet a été soutenu par Bruxelles Environnement dans le cadre de l’appel à projets citoyens Inspirons le Quartier - volet Good Food de 2022 à 2023.

Inspirerende projecten

Brochure "Goed eten, minder weggooien"

Eten is niet alleen een primaire levensbehoefte, het is ook een vorm van genot! Het genot van gezond en evenwichtig te eten, van het proeven van overheerlijke seizoensproducten, van het herontdekken van culinaire kennis, … Een vorm van genot die echter ook een keerzijde kent in de vorm van voedselverspilling!

Bij de Brusselse gezinnen is voedselverspilling goed voor meer dan 12 % van het gewicht van de restafvalzak: de helft daarvan bestaat uit begonnen maar niet volledig opgegeten producten, een kwart zijn maaltijdresten en nog een kwart zijn voedingsmiddelen die gewoon onaangeroerd worden weggegooid. Deze verspilling stelt ons echter voor een concrete uitdaging die rechtstreeks verband houdt met consumptie, afval en klimaatverandering. De negatieve gevolgen van voedselverspilling zijn reëel, zowel voor gezinnen, voor de gemeenschap als voor het milieu en de economie.

Deze brochure is een oproep om minder te verspillen en dat als een leuke vorm van besparing. Er worden niet alleen tal van vragen beantwoord en tips en adviezen gegeven, maar er wordt ook aangemoedigd tot actie: wij, consumenten, hebben de macht om deze verspilling een halt toe te roepen! Of het nu vóór, tijdens of na onze boodschappen, het bereiden van onze gerechten of het nuttigen van onze maaltijden is, en dat zowel bij ons thuis als elders.

Voedselverspilling verminderen is de uitdaging die Leefmilieu Brussel is aangegaan door deel te nemen aan het Europese project GreenCook. Op het menu: zowel acties in refters van bedrijven, scholen, grootwarenhuizen, als acties ter bewustmaking van het grote publiek, zoals deze brochure.

Documentatie

Pot’Albert goutte-à-goutte

Ter info: dit inspirerende project is alleen beschikbaar in het Frans

 

Le Pot’Albert est un potager collectif en intérieur d’îlot, dans le quartier du Square Albert Ier à Cureghem, Anderlecht. Au-delà des activités potagères, cet espace favorise la dynamique citoyenne dans le quartier et rassemble ses habitant·e·s et associations à travers différents types d’activités (culturelles, artistiques, festives...).

 

Une ambitieuse dynamique de rénovation du potager collectif a été mise en place en 2021, structurée autour d’un projet-pilote d’irrigation goutte-à-goutte. Le système récupère l’eau de la toiture de l’école voisine, l’Athénée Royal Léonard Da Vinci, et l’amène vers les cuves pour stockage intermédiaire. 8 nouvelles cuves de 1000 L sont ainsi distribuées dans le périmètre du potager et chaque cuve alimente entre 4 et 6 parcelles à travers un réseau de distribution et de diffusion goutte-à-goutte. Cet arrosage est fait par le moyen d’un dispositif de pompage alimenté par des panneaux solaires. Les jardinier·e·s sont responsables de l’entretien du système dans leurs secteurs d’arrosage.

Les jardinier.e.s ont pu compter sur l’accompagnement du PCS Albert et de l’asbl L’institut de la vie pour le montage et la gestion du projet. Pot’Albert goutte-à-goutte été conçu et mis en place par Arnaud Collignon en collaboration avec élèves et enseignant.e.s de la section électricité de l’Athénée Royal.

Ce projet a été subsidié par Bruxelles Environnement dans le cadre de l’appel à projets citoyens Inspirons le Quartier - volet Good Food en 2021.

Inspirerende projecten

Heyvaert au naturel

Ter info: dit inspirerende project is alleen beschikbaar in het Frans

 

Le projet Heyvaert au Naturel est porté par un groupe de citoyennes qui se réunissent à la WAQ à Molenbeek et se mobilisent pour promouvoir une alimentation durable, saine et équilibrée. Convaincues que manger est un acte politique, elles se questionnent, discutent et réfléchissent à leurs modes de consommation. Bien manger, c’est en effet prendre soin de son corps, de la terre et des producteurs !

« Nous avons appris à manger autrement. » (Amina)

« Avec le groupe, nous avons appris à manger sainement, et on se rend compte que c’est bon. Chaque fois, on apprend énormément. » (Zahra)

À travers l’organisation de divers ateliers de cuisine, le groupe s'ouvre à de nouveaux horizons culinaires : cuisine végétarienne ou lacto-fermentation par exemple. Il se penche sur l’assiette quotidienne en se préoccupant de la provenance des produits consommés et de leur prix, mais aussi en veillant à éviter le gaspillage. Il organise également des visites (potagers collectifs, boulangerie artisanale) pour mettre en avant l’importance de se nourrir autrement et démontrer la possibilité de participer de manière active à la production des légumes et fruits.

« Le bio reste difficile d’accès pour les familles avec un petit budget, mais il y a des choses que maintenant j’ai achetées car elles sont au même prix qu’au marché et aussi meilleures pour la santé. » (Habiba)

« Avant, je pensais que sans viande ce n’était pas bon, et maintenant je suis contente de tester et faire différemment. » (Deya)

« Apprendre de nouvelles méthodes, de nouvelles techniques d’utiliser les épluchures est super intéressant et pratique pour le faire dans la vie quotidienne. » (Clémence)

 

Un potager en toiture

Heyvaert au Naturel, c’est aussi un potager sur la toiture de la WAQ. Le groupe a construit des bacs, les a plantés et les entretient soigneusement au fil de saisons. Cela permet de produire ses propres herbes aromatiques (surtout) mais aussi de s’essayer à des tâches inédites pour beaucoup…

« On a commencé avec presque rien… et maintenant on regarde le potager et on est fières. » (Amina)

« Faire les ateliers et participer au potager m’a donné beaucoup de courage et force. » (Deya)

 

Le désir de transmettre 

Le groupe veille aussi à transmettre ses apprentissages. Il partage notamment le savoir-faire acquis avec les enfants qui fréquentent la WAQ le mercredi après-midi.

La fête de quartier est aussi un moment important sur ce plan : lors de la dernière édition, les femmes du groupe ont organisé un atelier ouvert à tous et toutes pour la fabrication de citrons confits. Elles ont aussi pris en charge la préparation du buffet, entièrement cuisiné avec des produits bio, des invendus et des plantes aromatiques du potager. Cela donne aussi aux porteuses de projet un autre regard et un autre attachement au quartier.

 

Créer du lien

Heyvaert au Naturel, c’est encore partager des moments ensemble, en cuisinant, en travaillant dans le potager, en construisant des bacs ou en organisant des ateliers et événements.

« Nous sommes comme une grande famille dans laquelle on partage des savoir-faire, on papote, on s’encourage, on n’est pas d’accord parfois, mais c’est normal aussi, c’est ça la vie d'une famille. » (Zahra)

Le groupe devient ainsi un espace de découvertes, un espace ou l’on franchit ses propres limites, où l’on s’engage autrement et où l’on prend confiance... 

« Je ne savais pas que j’étais capable d’arriver à faire tout ça ! » (Hanan)

 

Ce projet a été soutenu par Bruxelles Environnement dans le cadre de l’appel à projets citoyens Inspirons le Quartier - volet Good Food en 2021.

Inspirerende projecten

Les Petites Cantines Bruxelles

Ter info: dit inspirerende project is alleen beschikbaar in het Frans

 

Cuisiner et manger ensemble des produits locaux et de saison

Le projet Les Petites Cantines Bruxelles est porté par un groupe de citoyen·ne·s qui organisent des banquets de quartier participatifs dans divers lieux à Ixelles.

Le principe est simple : les participants sont invités à cuisiner ensemble, puis à partager le repas avec d’autres convives. Les menus sont principalement élaborés à partir d’invendus récupérés dans les commerces locaux (90 % des fruits et légumes) et, pour le reste, ils font appel à des produits de saison et issus du circuit court. Ces banquets permettent ainsi de sensibiliser les participants, par le "faire ensemble", à une alimentation saine et anti-gaspi.

Ces banquets amènent également les participants à assumer d’autres tâches comme mettre le couvert, faire la vaisselle… Ce travail en équipe est extrêmement stimulant pour les participants comme pour les organisateurs ; chacun s’implique et cela participe à la prise de conscience de notre capacité individuelle et collective d’agir en faveur d’une société plus durable et solidaire.

 

Un projet créateur de liens

Les banquets sont aussi des moments de convivialité et de plaisir partagé qui visent à lutter contre la solitude en ville. Des habitants de tous âges et tous horizons se mêlent pour préparer et partager les repas. Ce projet autour de l’alimentation durable favorise ainsi la mixité sociale, culturelle et générationnelle.

Tout le monde est bienvenu aux banquets, même si le nombre de cuisiniers (une dizaine) et de convives (jusqu’à 50) est limité pour des questions pratiques. Afin de garantir l’accessibilité des banquets à tous, chacun paie ce qu’il veut, en fonction de ses moyens (prix libre).

 

Un projet qui prend de l’ampleur…

Face à l’engouement des participant·e·s, outre cinq banquets, le groupe des Petites Cantines a entrepris d’organiser d’autres activités visant à tisser des liens autour de l’alimentation : apéros ou goûters participatifs, balades découvertes (notamment des plantes comestibles), thé dansant avec goûter…

 

Ce projet a été soutenu par Bruxelles Environnement dans le cadre de l’appel à projets citoyens Inspirons le Quartier - volet Good Food en 2021.

Inspirerende projecten