Le Jardin d'à côté

Ter info: dit inspirerende project is alleen beschikbaar in het Frans

Le Jardin d’à Côté est un potager cultivé en pleine terre lancé à l’initiative d’un collectif de huit voisin·e·s. L’objectif du projet est triple :

  • Rassembler et développer les connaissances relatives à la culture de légumes et de fruitiers dans le quartier Saint-Paul, à Woluwe-Saint-Pierre ;
  • Nous inscrire dans une logique de préservation, de transmission et d’acquisition, afin de créer une dynamique positive et durable entre habitant·e·s de tout âge ;
  • Encourager les valeurs de partage, de créativité, de durabilité et de solidarité.

Une pelouse du quartier Saint-Paul (presbytère de l’église) a donc été transformée en potager, autour duquel le collectif se fédère. Les habitant·e·s alentour étaient enthousiastes et ont soutenu l'initiative.

Le projet a permis de développer l’expertise des participant·e·s en matière d’agriculture urbaine et un partage de connaissances avec le quartier. Nous assumons une présence régulière sur place, répondons aux questions des passant·e·s et sensibilisons le voisinage à la production locale et de saison. Cela se fait notamment le dimanche à la sortie de la messe. Nous avons également distribué des plants aux printemps 2022 et 2023.

La production de légumes se montre productive et en rapport avec l’espace cultivé, et continue d'inspirer de façon positive le voisinage. Le jardinage, c'est plus que la récolte : c'est le partage.

Ce projet a été soutenu par Bruxelles Environnement dans le cadre de l’appel à projets citoyens Inspirons le Quartier - volet Good Food en 2021.

Inspirerende projecten

RABAD Day 2023

RABAD

Het Réseau des Acteurs Bruxellois pour l'Alimentation Durable (RABAD) is verheugd u te kunnen meedelen dat het een nieuwe editie van de RABAD Day organiseert. Dit jaarlijkse evenement vindt plaats op maandagmiddag 23 oktober, van 13u tot 18u, in de lokalen van Leefmilieu Brussel op de site van Tour & Taxis (Havenlaan 86C, 1000 Brussel).

Bent u professioneel in de duurzame voedingssector, dan is de RABAD Day voor u. Een halve dag vol inspiratie: workshops & presentaties en een dorp rond duurzame voeding, met stands van verschillende actoren (verwerking, korte keten, sensibilisering…).

 

Programma

  • 13u - 14u: Ontdekkingstocht naar 25 projecten inzake duurzame voeding en proeverijen
  • 14u - 14u15: Introductie
  • 14u15 - 15u15: Workshops
    • HORECA sector met presentaties van Carine Galant van HoReCa Be Pro en Elliott Van de Velde van Hearth Project/Entropy
    • Strijd tegen de voedselverspilling met presentaties van Rob Renaerts van RABAD/Coduco, Romain Allaerts van FruitCollect, Eric Demaeght van The Survivors en van Gilles Ysebaert van Innoviris
  • 15u15 - 16u: Bezoek van de stands & networking
  • 16u - 17u: Workshops
    • Distributiesector met presentaties van Camille Bosc van eFarmz en Sandrine Vokaer van Leefmilieu Brussel
    • Voedselverwerkende sector met presentaties van Elodie Bouscarat van Cookwork, Sébastien Morvan van Brussels Beer Project, Pierre Pinteaux van Spooneke en Hughes Verbrouck van Citydev
  • 17u - 18u: Bezoek van de stands en networkdrink

Wilt u zich inschrijven? Dat kan via deze link.

2023-10-23T13:00:002023-10-23T18:00:00

Havenlaan 86C/3000
1000 Brussel
België

Professionals
Thématiques

Infofiches Stadslanbouw - Businessmodellen

Bent u op zoek naar informatie om uw stadslandbouwproject op te starten en uw businessmodel te ontwikkelen voor een duurzame aanpak?

De antwoorden op uw vragen vindt u in deze informatiebladen van de Facilitator voor Stadslandbouw voor zowel volle grond als bovengrondse landbouw.

 

Volle grond landbouw

Welke zijn de voordelen van de integratie van stadslandbouw in het gebouw of de wijk voor de vastgoedpromotor en voor de bewoners van het gebouw of de wijk?

Vanwege zijn sociale, ecologische en economische voordelen is stadslandbouw (SL) een ideaal instrument om toegevoegde waarde te creëren voor vastgoedprojecten en hun gebruikers. Stadslandbouwprojecten bieden namelijk een uitzonderlijke leefomgeving die zeer gewaardeerd zal worden door de plaatselijke bewoners en andere actoren die ervan profiteren.

De meerwaarde voor de vastgoedpromotor die verband houdt met het invoeren van groene projecten:

  • Een betere geluidsisolatie van de gebouwen (groendaken, groene wanden).
  • Beperking van de kosten die verband houden met de milieuwetgeving, afhankelijk van de gemeenten (terugkrijgen van stedenbouwkundige kosten).
  • Toename van de waarde van het gebouw door certificeringen (BREEAM, Batex ...). Voor BREEAM bijvoorbeeld kan stadslandbouw worden ingezet bij 11 verschillende criteria. Het gebouw zal zo sneller verkocht of verhuurd raken (Supply, Demand, and the Value of Green Buildings, RICS, 2012).
  • In megalopolen en dichtbevolkte steden verhoogt de nabijheid van parken en groene ruimten in 2020 de gemiddelde prijs voor wooneenheden met 2-5%.
  • Een betere integratie in het landschap, wat de waarde van het vastgoedpatrimonium verhoogt.
  • Benutten van oppervlakken die nog niet aangelegd zijn in een project dat meerdere fasen in beslag neemt. Het is mogelijk een teeltzone te creëren op een bouwgrond, zolang de werken nog niet gestart zijn. Soms kan de ingebruikname van verschillende gebouwen van eenzelfde project verlopen met intervallen van verschillende jaren.
  • Mogelijkheid om opdrachten binnen te halen door zich van de concurrentie te onderscheiden.
  • Inspelen op de vragen of zelfs de vereisten van overheden: sommige lastenboeken bevatten nu een uitdrukkelijk verzoek om SL of een werk dat verband houdt met de veerkracht van het ecosysteem van het project te integreren.
  • Stadslandbouw is ook een manier om te werken aan verschillende milieuaspecten die bij elk bouwproject aan bod komen en deze te beheren:
    • temporisatie en valorisering van het regenwater, de facto verkleining van het regenwaterbekken. Op het dak kan de stadslandbouw op jaarbasis tot 50% van het regenwater vasthouden.
    • behoud of beperking van de biodiversiteit, versterking van het groen netwerk
    • CO2-compensatie
    • beperking van hitte-eilanden
    • isolatie van de bovenste verdiepingen in het geval van stedelijke daklandbouw: een groendak biedt thermische bescherming om de temperatuur van de dakconstructie het hele jaar door, zomer en winter, relatief constant te houden. Geïrrigeerde groendaken kunnen tot 47% besparen van de energie die via het dak verloren gaat en 38% in het geval van niet-geïrrigeerde tuinen (Jacquet 2011, 'Performance énergétique d'une toiture végétale au centre-ville de Montréal', Centre d'écologie urbaine de Montréal).
    • In een logica van circulaire economie is het composteren om organisch afval terug te winnen een troef (het Belgische gemiddelde bedraagt 66 kg organisch afval per persoon per jaar!).
    • Verbetering van de waterkwaliteit: groendaken werken als een natuurlijke filter om water te zuiveren. De schadelijke stoffen (stof, benzeen, Pb, Cd, Cu ...) in het regenwater worden opgevangen op de groendaken, waardoor het regenwater op natuurlijke wijze wordt gerecupereerd.
    • In gevallen waarin met een dakserre wordt gewerkt, kan dit met name relevant zijn als de activiteiten van het gebouw warmte en CO2 genereren die kunnen worden teruggewonnen en worden gebruikt om de serre te verwarmen en/of met CO2 te verrijken. Ook fotovoltaïsche panelen kunnen worden geïntegreerd.
  • Bij gemengde projecten of projecten die toegankelijk zijn voor de buurt, is de SL een krachtig instrument voor sociale cohesie en het creëren van banden: eenzelfde ruimte kan verschillende doelgroepen ontvangen en verschillende functies vervullen: educatief voor scholen, therapeutisch voor verzorgings- en rusthuizen, het scheppen van sociale banden binnen een buurt, sensibiliseren voor de consumptie van onbewerkte producten, aanverwante activiteiten: beheren van compost, kooklessen, het kweken van geneeskrachtige kruiden enz. Stadslandbouw wordt ingezet in uiteenlopende vastgoedprojecten: voor woningen, kantoren, handelszaken, de gezondheidszorg, bij gemengd gebruik enz.

Tivoli PARBAM

Links en hulpmiddelen:

 

Wat zijn de voordelen van stadslandbouw voor bewoners van de gebouwen?

Stadslandbouw zorgt ervoor dat de steeds meer verharde stedelijke omgeving opnieuw "groener" kleurt. Wanneer een vastgoedproject met stadslandbouw weldoordacht wordt ontworpen en gebouwd, rekening houdend met de behoeften van de bewoners (woningen, kantoren, restaurants…), dan kunnen er tal van voordelen mee verbonden zijn. Het is een manier om de stadsruimte opnieuw in te palmen en ze naar de eigen hand te zetten.

Vanuit sociaal oogpunt kan het al dan niet aanwezig zijn van een productieve groene zone intergenerationele of interculturele uitwisselingen tussen wijkbewoners, bewoners van een gebouw, werknemers in een onderneming stimuleren. Zo vinden de jongsten er een plek om te spelen en zich te amuseren, terwijl ouderen genieten van een rustige omgeving die zeldzaam is in de stad. Dit is een kans voor iedereen om opnieuw voeling te krijgen met de natuur, mee te gaan met de seizoenen en creatief te zijn door te werken met de handen. Het is ook een educatieve plek waar iedereen volgens de eigen voorkeuren kan bijleren en nieuwe knowhow kan opdoen.

De aanwezigheid van beplanting geeft de stad een mooier uitzicht en verbetert het welzijn van iedereen, zoals blijkt uit verscheidene studies. Naast de positieve impact ervan op stress en angst, biedt de aanwezigheid van een stadslandbouwproject iedereen de kans om regelmatig aan lichaamsbeweging te doen, gezonde groenten en fruit te produceren, lokaal en niet duur. De impact op de gezondheid is dus niet te onderschatten.

Zelf produceren in korte keten en met gesloten kringloop door afval te revaloriseren en milieuvriendelijke methoden te gebruiken, heeft een rechtstreekse invloed in de positieve zin op de ecologische voetafdruk.

Er zijn al verscheidene vastgoedprojecten georganiseerd met groene projecten voor ogen:

  • De Modelwijk in Laken (Brussel) is een voorbeeld van een complex met sociale woningen waarbij landbouw en groene ruimten zijn geïntegreerd in het stadsweefsel met bijenkorven, een moestuin, een boomgaard…
  • Het project van de Chant des Cailles-boerderij (Watermaal-Bosvoorde) waar de omliggende wijk zich inzet voor professionele groenteteelt, het fokken van schapen en collectieve moestuinen.
  • De stadstuin aangelegd in de tuinruimte van de ENGIE Tower die bedoeld is als ontspanningsruimte voor werknemers waar ze ook kunnen bijleren over landbouwtechnieken, en als project om de stadsruimte te herwaarderen.

Duchemin et al. (2008), Urban agriculture : multi-dimensional tools for social development in poor neighbourhoods

 

Hoe valoriseer ik de nabijheid van de stad in mijn professioneel project?

De nabijheid van de stad biedt talrijke mogelijkheden voor de landbouwprojecten. Wij stellen er hier enkele voor, maar deze lijst is uiteraard voor het project. 

  1. De inschakeling van de bevolking voor het project
  2. De rechtstreekse verkoop
  3. Productiegerelateerde projecten
  4. De inschakeling van de bevolking voor het project 

Burgerparticipatie kan een reële steun zijn voor de stadslandbouw (SL). Stadslandbouw is door zijn kleine schaalgrootte een typische sector waarin weinig gemechaniseerd kan worden en die dus arbeidsintensief is. Burgerparticipatie kan een reële steun zijn voor deze dimensie van de stadslandbouw (SL). Hierbij zal vanzelfsprekend omkadering en mogelijk zelfs opleiding nodig zijn.  

De banden tussen een professioneel project en burgerparticipatie doen ook de vraag rijzen over de mogelijkheid om een dergelijk project wettelijk open te stellen voor participatie zonder dat dit ervaren wordt als zwartwerk. De Federatie van Stadslandbouw werkt actief aan deze kwestie.

  1. De rechtstreekse verkoop

In tegenstelling tot plattelandsprojecten met grote percelen maar met vaak weinig klanten in de buurt, stelt de nabijheid van de stad ons in staat dichter bij de eters te staan. Naast de rechtstreekse verkoop in de vorm van manden voor groentekwekers, heeft de stad ook heel wat biowinkels, burgercoöperaties, duurzame markten en een korte ketenverkoop. Bovendien blijkt uit de bedrijfsmodellen van de micro-landbouwbedrijven doorgaans dat de rechtstreekse verkoop deel moet uitmaken van het bedrijfsmodel. Er moet dus absoluut worden geprofiteerd van de nabijheid van de kopers. Het vermindert ook uw levertijd en logistieke kosten.

Een interessante piste is ook de zelfoogst. Deze benadering maakt het mogelijk het terrein te delen, mits een duidelijk kader. Ze laat de producenten toe zich te concentreren op de productie en geeft de consumenten toegang tot een groene, open en natuurlijke ruimte, wat eerder zeldzaam is in de stad. Deze benadering maakt het ook mogelijk een vaste klantenkring op te bouwen en het bewustzijnsniveau te vergroten evenals de geneigdheid om een eerlijke prijs te betalen. Er moet echter op gewezen worden dat men voor zelfoogst over een perceel van minstens 0,5 ha moet beschikken (zie FAQ 4 - Wat is de minimale oppervlakte voor een levensvatbaar project?) en dat percelen van deze omvang in Brussel meestal gelegen zijn in de gemeenten aan de uiteinden van de stad en ver verwijderd van woningen (Neerpede, Anderlecht, Jette enz.).

  1. Productiegerelateerde projecten 

Zoals we vandaag weten, kan stadslandbouw een enorm aantal diensten aan de stad leveren, afgezien van de voedselproductie als zodanig. Deze landbouw is wat we noemen multifunctioneel (zoals bijvoorbeeld bewustmaking en educatie van burgers). SL levert ook bepaalde ecosysteemdiensten zoals het behoud van de biodiversiteit, de vermindering van hitte-eilanden enz. Deze diensten maken de ontwikkeling van activiteiten dichtbij de vele eters en burgers mogelijk. Tot deze activiteiten die betalend kunnen zijn behoren bijvoorbeeld cursussen voor kinderen, opleidingen in de landbouw, teambuilding of 'vergroening' voor bedrijven, ongewone diners op het terrein, bewustmakingsworkshops voor scholen, workshops over productie of verwerking enz. 

De communicatie: aandachtspunt in een stedelijke context

Om de nabijheid van de stad optimaal te benutten, is het belangrijk een goede communicatie tot stand te brengen met de wijk rond het terrein die vaak de eerste verbruikerskring is.  

Het is aangeraden deze communicatie tot stand te brengen zodra een terbeschikkingsstellingsovereenkomst voor de gronden verkregen is en er een duidelijk bedrijfsplan is en vóór elke wijziging aan het terrein die vragen in de wijk zou kunnen oproepen.  

Het kan nuttig zijn na te gaan wie de 'invloedrijke' personen in de wijk zijn en met hen te spreken over het project en de voordelen ervan voor de wijk opdat zij deze informatie vervolgens zouden kunnen doorgeven aan de rest van de bevolking. Er kunnen affiches opgehangen en borden geplaatst worden op strategische plaatsen waar de burgers over het onderwerp kunnen praten: bars, boekhandels, straathoeken enz.  

Starten met een informatievergadering 's avonds op een neutrale plaats die geen enkele verwarring mogelijk maakt met andere projecten of politieke belangen is een mogelijkheid. Culturele centra lenen zich goed tot dit soort vergaderingen waar, als de tijd het toelaat, het desbetreffende terrein de beste oplossing is. 

Ook de sociale netwerken mogen niet worden onderschat, met name de groepen die verband houden met de wijk waarin u zich bevindt (bijvoorbeeld 'La Schaerbeekoise' voor Schaarbeek, 'les bons plans d'Ixelles', ... De groepen van de gemeenten 'in transitie' zijn ook interessant, evenals de gemeentekrant bijvoorbeeld). 

De lokale economieloketten stadslandbouw van het partnerdorp kunnen u helpen bij het opstellen van een communicatieplan dat past bij uw project en uw waarden.  

 

Wat is de minimale oppervlakte voor een leefbaar project?

De minimale oppervlakte die nodig is voor een stadslandbouwproject is een complexe vraag. Ze hangt af van talrijke factoren.

Eerst en vooral komt het erop aan te weten over welke soort productie we het hebben: groenteteelt, vee- en kleinveeteelt, kruidenkwekerij, enz.

Ten slotte stellen zich in elk domein verschillende vragen: welke diversificatie? Welke commercialisering? Welke productiviteit in termen van biomassa? enz. Voor de groenteteelt tonen de gekende praktijken ons aan dat een "microboerderij" met 80 are rendabel kan zijn door bijvoorbeeld te diversifiëren op het vlak van soorten en geteelde variëteiten en door aan zelfoogst of een andere vorm van rechtstreekse verkoop te doen. Deze twee elementen maken het mogelijk een gamma producten aan te bieden dat voldoende interessant is om geëngageerde klanten tevreden te stellen en ze te binden.

Door te werken op een kleine oppervlakte moeten we ons bovendien volgende vragen stellen: hoe kunnen we de toegevoegde waarde van de producten vergroten? Hoe kunnen we waardeverlies beperken door het aantal tussenpersonen tussen productie en verbruik te begrenzen? Hoe kunnen we de productiviteit van de grond optimaliseren (hoeveelheid product per oppervlakte-eenheid)? Hoe kunnen we het werk op het terrein zo ergonomisch mogelijk organiseren?

We raden u ten zeerste aan gelijkaardige projecten als het uwe te bezoeken en de meest recente cijfers te verkrijgen betreffende de productie op kleine oppervlakten. Een goede inspiratiebron is de benadering van Jean-Martin Fortier, auteur van jardinier-maraîcher.

Links en hulpmiddelen:

 

Wat is de ideale diversificatie voor mijn project?

Diversificatie van producten, activiteiten en diensten wordt vaak aanbevolen als methode om projecten binnen een stedelijke omgeving rendabel te maken. Dit hangt uiteraard samen met de beperkte oppervlakte en dus met een optimalisatie van het gebruik van die oppervlakte. Elke diversificatie vereist menselijke (competenties), financiële (investeringen) en technische middelen (infrastructuur).

We onderscheiden twee soorten diversificatie: verticaal en horizontaal. Verticale diversificatie betekent diversificatie van de soorten activiteiten; horizontale diversificatie betekent diversificatie binnen elke activiteit, bijvoorbeeld het aantal soorten groenten binnen de primaire activiteit groenteteelt.

Verticale diversificatie omvat onder meer:

  • primaire productie van groenten en kleinfruit;
  • productie van snijbloemen;
  • productie van aromatische en medicinale kruiden;
  • productie van paddenstoelen;
  • transformatie van deze producten;
  • animatie- en opleidingsdiensten;
  • terbeschikkingstelling van het terrein voor andere activiteiten in verband met welzijn, kunstproducties, enz.

Deze lijst is niet uitputtend.

Bij horizontale diversificatie wordt ernaar gestreefd de productdiversiteit (voor elk van de voorbeelden) te maximaliseren om een aantrekkelijk aanbod te kunnen bieden en de flexibiliteit (in alle betekenissen) van het project te verbeteren.

Wel is het belangrijk op zoek te gaan naar evenwicht tussen de voordelen van diversificatie in termen van rendabiliteit/aantrekkelijkheid en de nadelen in termen van extra behoeften of overconsumptie. Om dit evenwicht te bereiken, adviseren we u ten zeerste om u te laten inspireren door bestaande, rendabele projecten en te analyseren hoe die vandaag werken en hoe ze hun diversificatie historisch hebben kunnen ontwikkelen.

Bepaalde structuren, zoals Diversifermzijn gespecialiseerd in dit thema.

Links en hulpmiddelen:

 

Bovengrondse landbouw

Welke zijn de voordelen van de integratie van stadslandbouw in het gebouw of de wijk voor de vastgoedpromotor en voor de bewoners van het gebouw of de wijk?

Vanwege zijn sociale, ecologische en economische voordelen is stadslandbouw (SL) een ideaal instrument om toegevoegde waarde te creëren voor vastgoedprojecten en hun gebruikers. Stadslandbouwprojecten bieden namelijk een uitzonderlijke leefomgeving die zeer gewaardeerd zal worden door de plaatselijke bewoners en andere actoren die ervan profiteren.

De meerwaarde voor de vastgoedpromotor die verband houdt met het invoeren van groene projecten:

  • Een betere geluidsisolatie van de gebouwen (groendaken, groene wanden).
  • Beperking van de kosten die verband houden met de milieuwetgeving, afhankelijk van de gemeenten (terugkrijgen van stedenbouwkundige kosten).
  • Toename van de waarde van het gebouw door certificeringen (BREEAM, Batex ...). Voor BREEAM bijvoorbeeld kan stadslandbouw worden ingezet bij 11 verschillende criteria. Het gebouw zal zo sneller verkocht of verhuurd raken (Supply, Demand, and the Value of Green Buildings, RICS, 2012).
  • In megalopolen en dichtbevolkte steden verhoogt de nabijheid van parken en groene ruimten in 2020 de gemiddelde prijs voor wooneenheden met 2-5%.
  • Een betere integratie in het landschap, wat de waarde van het vastgoedpatrimonium verhoogt.
  • Benutten van oppervlakken die nog niet aangelegd zijn in een project dat meerdere fasen in beslag neemt. Het is mogelijk een teeltzone te creëren op een bouwgrond, zolang de werken nog niet gestart zijn. Soms kan de ingebruikname van verschillende gebouwen van eenzelfde project verlopen met intervallen van verschillende jaren.
  • Mogelijkheid om opdrachten binnen te halen door zich van de concurrentie te onderscheiden.
  • Inspelen op de vragen of zelfs de vereisten van overheden: sommige lastenboeken bevatten nu een uitdrukkelijk verzoek om SL of een werk dat verband houdt met de veerkracht van het ecosysteem van het project te integreren.
  • Stadslandbouw is ook een manier om te werken aan verschillende milieuaspecten die bij elk bouwproject aan bod komen en deze te beheren:
    • temporisatie en valorisering van het regenwater, de facto verkleining van het regenwaterbekken. Op het dak kan de stadslandbouw op jaarbasis tot 50% van het regenwater vasthouden.
    • behoud of beperking van de biodiversiteit, versterking van het groen netwerk
    • CO2-compensatie
    • beperking van hitte-eilanden
    • isolatie van de bovenste verdiepingen in het geval van stedelijke daklandbouw: een groendak biedt thermische bescherming om de temperatuur van de dakconstructie het hele jaar door, zomer en winter, relatief constant te houden. Geïrrigeerde groendaken kunnen tot 47% besparen van de energie die via het dak verloren gaat en 38% in het geval van niet-geïrrigeerde tuinen (Jacquet 2011, 'Performance énergétique d'une toiture végétale au centre-ville de Montréal', Centre d'écologie urbaine de Montréal).
    • In een logica van circulaire economie is het composteren om organisch afval terug te winnen een troef (het Belgische gemiddelde bedraagt 66 kg organisch afval per persoon per jaar!).
    • Verbetering van de waterkwaliteit: groendaken werken als een natuurlijke filter om water te zuiveren. De schadelijke stoffen (stof, benzeen, Pb, Cd, Cu ...) in het regenwater worden opgevangen op de groendaken, waardoor het regenwater op natuurlijke wijze wordt gerecupereerd.
    • In gevallen waarin met een dakserre wordt gewerkt, kan dit met name relevant zijn als de activiteiten van het gebouw warmte en CO2 genereren die kunnen worden teruggewonnen en worden gebruikt om de serre te verwarmen en/of met CO2 te verrijken. Ook fotovoltaïsche panelen kunnen worden geïntegreerd.
  • Bij gemengde projecten of projecten die toegankelijk zijn voor de buurt, is de SL een krachtig instrument voor sociale cohesie en het creëren van banden: eenzelfde ruimte kan verschillende doelgroepen ontvangen en verschillende functies vervullen: educatief voor scholen, therapeutisch voor verzorgings- en rusthuizen, het scheppen van sociale banden binnen een buurt, sensibiliseren voor de consumptie van onbewerkte producten, aanverwante activiteiten: beheren van compost, kooklessen, het kweken van geneeskrachtige kruiden enz. Stadslandbouw wordt ingezet in uiteenlopende vastgoedprojecten: voor woningen, kantoren, handelszaken, de gezondheidszorg, bij gemengd gebruik enz.

Tivoli PARBAM

Links en hulpmiddelen:

 

Wat zijn de voordelen van stadslandbouw voor bewoners van de gebouwen?

Stadslandbouw zorgt ervoor dat de steeds meer verharde stedelijke omgeving opnieuw "groener" kleurt. Wanneer een vastgoedproject met stadslandbouw weldoordacht wordt ontworpen en gebouwd, rekening houdend met de behoeften van de bewoners (woningen, kantoren, restaurants…), dan kunnen er tal van voordelen mee verbonden zijn. Het is een manier om de stadsruimte opnieuw in te palmen en ze naar de eigen hand te zetten.

Vanuit sociaal oogpunt kan het al dan niet aanwezig zijn van een productieve groene zone intergenerationele of interculturele uitwisselingen tussen wijkbewoners, bewoners van een gebouw, werknemers in een onderneming stimuleren. Zo vinden de jongsten er een plek om te spelen en zich te amuseren, terwijl ouderen genieten van een rustige omgeving die zeldzaam is in de stad. Dit is een kans voor iedereen om opnieuw voeling te krijgen met de natuur, mee te gaan met de seizoenen en creatief te zijn door te werken met de handen. Het is ook een educatieve plek waar iedereen volgens de eigen voorkeuren kan bijleren en nieuwe knowhow kan opdoen.

De aanwezigheid van beplanting geeft de stad een mooier uitzicht en verbetert het welzijn van iedereen, zoals blijkt uit verscheidene studies. Naast de positieve impact ervan op stress en angst, biedt de aanwezigheid van een stadslandbouwproject iedereen de kans om regelmatig aan lichaamsbeweging te doen, gezonde groenten en fruit te produceren, lokaal en niet duur. De impact op de gezondheid is dus niet te onderschatten.

Zelf produceren in korte keten en met gesloten kringloop door afval te revaloriseren en milieuvriendelijke methoden te gebruiken, heeft een rechtstreekse invloed in de positieve zin op de ecologische voetafdruk.

Er zijn al verscheidene vastgoedprojecten georganiseerd met groene projecten voor ogen:

  • De Modelwijk in Laken (Brussel) is een voorbeeld van een complex met sociale woningen waarbij landbouw en groene ruimten zijn geïntegreerd in het stadsweefsel met bijenkorven, een moestuin, een boomgaard…
  • Het project van de Chant des Cailles-boerderij (Watermaal-Bosvoorde) waar de omliggende wijk zich inzet voor professionele groenteteelt, het fokken van schapen en collectieve moestuinen.
  • De stadstuin aangelegd in de tuinruimte van de ENGIE Tower die bedoeld is als ontspanningsruimte voor werknemers waar ze ook kunnen bijleren over landbouwtechnieken, en als project om de stadsruimte te herwaarderen.

Duchemin et al. (2008), Urban agriculture : multi-dimensional tools for social development in poor neighbourhoods

Documentatie

Hof ter Dreef - # 6835 - Engagement

De producent van plantaardige producten voldoet aan alle onderstaande criteria:
Activé
  • Naleven van de wetgeving (FAVV, afval sorteren, …).
  • De exploitatie van de producent moet ofwel
    - Op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gevestigd zijn en in Brussel leveren;
    - In België gevestigd zijn en de producent moet bereid zijn om zijn producten in Brussel te leveren.
  • Natuurlijke meststoffen gebruiken.              
  • Het gebruik van synthetische bestrijdingsmiddelen zoveel mogelijk vermijden of beperken, uitzonderingen toegestaan zoals vastgelegd in het lastenboek voor de biologische productiemethoden.
  • Geen GMO’s gebruiken.
  • Geen zaden gebruiken die met synthetische gewasbeschermingsproducten zijn behandeld, tenzij ze niet vindbaar zijn op de Europese markt.
  • De voorkeur geven aan een diversiteit van landelijke, inheemse vruchten, groenten en granen.
  • Productie in verwarmde serres met fossiele brandstof vermijden.
  • Het bodem-, lucht-, water- en biodiversiteitskapitaal van de ecosystemen in stand houden en verbeteren.

     
Biologische zaden of zaailingen gebruiken, tenzij het niet beschikbaar is op de Europese markt.
Désactivé
Productie in verwarmde serres op basis van hernieuwbare energie (warmtepomp, zonnepannelen, …).
Désactivé
De producent werkt via een korte keten: er is hoogstens 1 tussenpersoon tussen de producent en de consument.
Activé
Bij overschot van productie wordt uitgegaan van de cascade van waardenbehoud met een maximale herbestemming voor menselijk gebruik, maar ook met aandacht voor herbestemming van reststromen op het landbouwbedrijf.
Activé

Miamita

Ter info: dit inspirerende project is alleen beschikbaar in het Frans

Miamita propose un programme d’ateliers pratiques et des moments d’échange autour de la thématique « cuisine saine et durable » dans les quartiers Saint-Antoine et Wiels, à Forest.

Ces activités sont proposées aux femmes, en en priorité à celles qui sont en apprentissage du français et qui ont ainsi moins d’occasions et de ressources pour s’informer ou échanger sur le sujet. Toutes les participantes sont invitées à collaborer à la programmation, à l’organisation et à l’animation des activités.

Ce projet citoyen a comme objectifs :

  • Inciter la consommation de produits locaux et de saison en informant sur les initiatives déjà présentes dans le quartier ou en proximité (magasins bio et solidaires, fermes à proximité, potagers solidaires…) ;
  • Motiver la consommation de protéines végétales ;
  • Promouvoir la cuisine anti-gaspillage : en consommant moins mais mieux, en réutilisant les restes, en limitant les déchets, en valorisant le « fait maison » ;
  • Apporter des information sur l’alimentation comme facteur de santé : utilisation de produits sains adaptés aux régimes particuliers tels que pauvres en graisses, en glucides, sans gluten, sans lactose…

Miamita est un lieu de partage de connaissances. En favorisant les échanges sur la cuisine et les choix alimentaires, le groupe porteur de Miamita souhaite également recréer du lien social entre les habitantes du quartier.

Miamita a été soutenu par Bruxelles Environnement dans le cadre de l’appel à projets citoyens Inspirons le Quartier - volet Good Food en 2021.

Inspirerende projecten

Frigo Récup à Watermael-Boitsfort

Ter info: dit inspirerende project is alleen beschikbaar in het Frans

Frigo Récup est un espace de récupération alimentaire coopératif visant à créer du lien entre les habitant·e·s de la commune de Watermael-Boitsfort.

Ce projet a comme principal objectif de lutter contre le gaspillage alimentaire à travers la récupération d’invendus alimentaires et leur distribution à prix libre sous forme de permanences régulières.

Cette action concrète est présentée comme support pour une réflexion plus large sur :

  • Les besoins en matière d’alimentation et de consommation ;
  • Le gaspillage et le cycle des produits alimentaires (potager et compost) ;
  • Les manières d’utiliser la nourriture (découvertes de nouvelles recettes, méthodes de conservation...) ;
  • Une meilleure prise en compte des différentes populations de la commune et de leurs besoins socio-économiques et alimentaires ;
  • Les opportunités favorables à une économie circulaire, sociale et solidaire.

Frigo Récup rassemble un grand nombre de bénévoles qui travaillent dans une dynamique de gouvernance horizontale où chacun·e s’investit selon ses motivations et dans la mesure de ses possibilités.

Depuis le démarrage du projet en juillet 2021, le nombre de bénéficiaires et la quantité de produits récupérés par Frigo Récup ont augmenté de 100 %, dépassant largement les résultats attendus au moment de sa création. Cette évolution montre l’existence d’une demande importante dans le territoire d’influence du projet et reflète la gestion efficace et créative de Frigo Récup.

Tout le monde est bienvenu au Frigo Récup, que ce soit comme bénéficiaire ou comme bénévole !

Ce projet a été soutenu par Bruxelles Environnement dans le cadre de l’appel à projets citoyens Inspirons le Quartier - volet Good Food en 2021.

Inspirerende projecten

Bon et Sain - Les collations durables

Ter info: dit inspirerende project is alleen beschikbaar in het Frans

Les enfants ont souvent des goûters peu sains, accompagnés de nombreux emballages. Pour remédier à cela, le groupe de patient·e·s Bon et Sain de la Maison Médicale Globule à Schaerbeek a pris l'initiative d'organiser des ateliers participatifs où les habitant·e·s du quartier peuvent se réunir, échanger des conseils et préparer des collations saines et écologiques pour les goûters de leurs enfants mais aussi réaliser des pochettes réutilisables pour les mettre dans le cartable !

Les objectifs du projets sont de créer un moment convivial d'échange autour de l'alimentation saine et de la réduction des déchets en impliquant les parents des écoles du quartier.

Ce projet a été soutenu par Bruxelles Environnement dans le cadre de l’appel à projets citoyens Inspirons le Quartier - volet Good Food de 2021 à 2023.

Inspirerende projecten

1 hectare pour Bruxelles pour des GASAP'sociaux

Ter info: dit inspirerende project is alleen beschikbaar in het Frans

 

Le Réseau des GASAP a toujours voulu toucher toutes les franges de la population. Mais ce n’est pas si simple. Depuis cette année, nous portons un projet pilote grâce au financement de Bruxelles Environnement : 1 hectare pour Bruxelles. L’idée vient de producteurs et productrices et de mangeurs et mangeuses qui se sont dit justement qu’il faudrait s’associer et réserver environ 1 hectare réparti sur leurs différents champs pour produire des légumes à destination de personnes fragilisées.

Depuis, nous avons déjà pu constater qu’il faudrait que le projet puisse s’appuyer encore plus sur des personnes issues des publics cibles. Or, ces personnes étant déjà dans des situations de fragilité, il est difficile de leur demander un engagement aussi conséquent que dans les autres groupes GASAP. Par ailleurs, le paiement anticipé des paniers comme il se pratique auprès des producteur·rice·s est aussi un frein. Car les publics fragilisés ont déjà du mal à payer la somme dans sa totalité au moment où elles achètent le panier ; ainsi, si elles doivent le payer à l’avance, c’est impossible. Toutefois, ce système de solidarité envers les producteur·rice·s est précieux. En effet, notre projet vise en réalité un deuxième groupe de personnes fragilisées : les producteur·rice·s ! Ces dernier·ère·s touchent en effet des sommes misérables pour des temps de travail hebdomadaire pouvant atteindre les 80h.

Notre défi est donc double : comment soutenir des personnes fragilisées dans leur quête de mieux se nourrir, d’avoir une meilleure santé et de sentir que la société les considère, et en même temps comment ne pas précariser plus les producteur·rice·s en cherchant les petits prix ? Il s’agit de ne précariser personne. Car si on augmente les prix pour sortir les producteur·rice·s d’une certaine précarité, comment peut-on espérer faire société ? Comment peut-on prétendre vouloir inclure tout le monde ? De l’autre côté, si l'on oblige les producteur·rice·s à baisser drastiquement leur prix, quelle vie leur laissons-nous, si ce n’est une vie de misère ? Peut-on également développer une société en précarisant ceux et celles qui nous nourrissent ?

C’est à toutes ces questions que nous cherchons à répondre. Et cela, nous le faisons dans une optique de recherche-action. Recherche car nous nous fédérons et inspirons de l’existant avec les initiatives portées par la FdSS, VRAC, etc. Action, car nous avons déjà deux antennes qui ont démarré à Anderlecht et Forest.

Inspirerende projecten