Geef hier een voorstelling van uw organisatie, en meer bepaald van haar Good Food-benadering.

Good Food Kantine-label (burgers)

In Brussel worden elk jaar ruim 73 miljoen maaltijden geserveerd in bedrijven, administraties, scholen, universiteiten, kinderdagverblijven, ziekenhuizen en rusthuizen. Al deze kantines kunnen aanspraak maken op het Good Food Kantine-label.

Steeds meer grootkeukens worden zich bewust van het belang van duurzame voeding. Ze bieden lokale en seizoensgebonden gerechten, bereiden veggiemenu's en organiseren acties om minder voedsel te verspillen. Leefmilieu Brussel wil dat engagement aanmoedigen door hen een evolutief label toe te kennen. Het label helpt grootkeukens om duurzamer te werk te gaan. 

 

Kantine of restaurant?

Het Good Food Kantine-label is gericht op catering voor een collectieve voorziening, m.a.w. een kantine.

Dienstverlening voor een collectieve voorziening

Een kantine verleent een dienst aan een collectieve voorziening (zoals een school, bedrijf, administratie, ziekenhuis, kinderdagverblijf, rusthuis, enz.), in tegenstelling tot een restaurant dat zich richt tot particulieren.

Één maaltijd per dag, meestal 's middags

De meeste kantines bieden uitsluitend een middagmaal. In sommige sectoren (zoals ziekenhuizen, rusthuizen en bepaalde bedrijven) kunnen ze echter tot drie maaltijden per dag aanbieden om te voldoen aan de noden van het personeel (het aanbod is dan niet bestemd voor het grote publiek).

Een beperkt aanbod

Een kantine verwerkt een grote hoeveelheid maaltijden, waardoor het aanbod beperkt is. Restaurants hebben daarentegen een uitgebreidere kaart.

 

Een evolutief label: van één tot drie vorken

Het label dat de kantines krijgen, bevat één, twee of drie vorken. Elk niveau stemt overeen met meer gediversifieerde criteria voor smakelijke, gezonde en milieuvriendelijke voeding.

Eerste vork: de verplichte criteria van het Good Food Kantine-label

Om hun eerste vork te krijgen, moeten de grootkeukens voldoen aan een aantal verplichte criteria, zoals:

  • Een minimale hoeveelheid biologische producten, een vegetarisch aanbod en seizoensproducten aanbieden;
  • Voedselverspilling bestrijden;
  • De klanten informeren en sensibiliseren rond duurzame voeding.

Tweede en derde vork: optionele criteria

Om de tweede en derde vork te krijgen, moet de kantine voldoen aan optionele criteria, waarmee ze hun doorgedreven inzet aantonen. Denk bijvoorbeeld aan de herkomst van eieren, de terbeschikkingstelling van kraantjeswater, een aanbod maatschappelijk verantwoorde producten, enz.

 

De stappen om het label te verkrijgen

1. Het deelnameformulier

Dat formulier bevat de contactgegevens van de organisatie en wordt ondertekend door de directie. Heeft de organisatie meerdere vestigingen, dan moet een dossier worden ingediend voor elk van deze vestigingen.

2. Gratis begeleiding

Gespecialiseerde consultants bieden de kandidaatorganisaties gratis begeleiding om hen te helpen het label te behalen. Daarnaast worden ook een gratis opleidingscyclus en bewustmakingssessies georganiseerd.

3. Het kandidaatsdossier

Uiterlijk een jaar na de verzending van het deelnameformulier moet het volledige kandidaatsdossier worden ingediend. De kandidaatsdossiers kunnen 2 keer per jaar (vóór de 2e maandag van maart en oktober) worden ingediend. De criteria en documenten kunnen veranderen. De kandidaat-kantine moet vóór het invullen van het dossier de jongste versie downloaden. 

4. De controle

Een onafhankelijk controleorgaan voert de controle uit. Indien toepasselijk, wordt een bezoek  gepland om de naleving van de criteria, de menu's, de facturen van leveranciers en de certificaten te controleren.

5. Een label voor drie jaar

Het label is drie jaar geldig. Tijdens die periode kunnen controles worden georganiseerd. Daarna kan een aanvraag voor een verlenging worden ingediend. Een nieuwe kans voor een vorkje meer!

 

Gelabelde kantines

Ontdek de lijst van de gelabelde kantines op de Good Food-gids

Overheidssteun

Leefmilieu Brussel

Leefmilieu Brussel, de overheidsdienst voor milieu en energie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

  • Onze opdrachten

Studie, toezicht en beheer van lucht, water, bodem, afval, lawaai en natuur (groene ruimten en biodiversiteit). Daarnaast heeft de dienst de opdracht om milieuvergunningen af te leveren, erover te waken dat ze worden nageleefd, didactische projecten in Brusselse scholen uit te werken en te ondersteunen, deel te nemen aan vergaderingen en onderhandelingen op Belgisch en internationaal niveau enz.

  • Activiteiten

Leefmilieu Brussel heeft in de voorbije jaren een groot aantal initiatieven opgezet voor de overgang naar een duurzamer voedingssysteem. Deze acties waren aanvankelijk vooral gericht op de vraagzijde (bewustmaking, voorlichting en begeleiding inzake gedragsverandering), aangevuld door andere initiatieven die de ontwikkeling van een duurzamer aanbod beoogden (steun aan distributie- en productieprojecten).

In rechtstreekse samenwerking met de landbouwcel van de GOB coördineert Leefmilieu Brussel de gewestelijke Good Food-strategie.

In de komende 5 jaar zal Leefmilieu Brussel de volgende acties lanceren in het kader van de 7 actielijnen van de Good Food-strategie:

Actielijn 1: VERHOGING VAN DE DUURZAME LOKALE VOEDSELPRODUCTIE

Actie 2 – Promotie van duurzame eigen productie

ACTIELIJN 2: BEGELEIDING VAN DE HERLOKALISERING EN OVERGANG NAAR EEN DUURZAMER AANBOD VOOR IEDEREEN

Actie 1: Op een transversale wijze voor de overgang van het voedselaanbod zorgen

Actie 2 – De overgang van kantines en restaurants naar een duurzamer aanbod versnellen

Actie 3: Gevarieerde, toegankelijke en duurzame distributiesystemen promoten

Actie 4: Een duurzame en geherlokaliseerde voedselbewerking tot stand brengen              

ACTIELIJN 3: BEGELEIDING VAN DE OVERGANG VAN DE VRAAG VOOR IEDEREEN

 Actie 1: Begeleiding van burgers en gezinnen naar een overgang in de dagelijkse praktijk op vlak van voeding

Actie 2: Bewustmaking van de toekomstige generaties

ACTIELIJN 4: ONTWIKKELING VAN EEN DUURZAME, AANTREKKELIJKE VOEDSELCULTUUR

Actie 1: Ontwikkeling van het concept "Good Food.brussels"

Actie 2: De kapitalisatie en verspreiding van de beschikbare informatie verzorgen

ACTIELIJN 5: BEPERKING VAN VOEDSELVERSPILLING

Actie 1: Voedselverspilling bij de bron terugdringen

Actie 2: Valoriseren van onverkochte voedingsmiddelen

ACTIELIJN 6: NADENKEN OVER EN RUIMTE MAKEN VOOR DE VOEDINGSSYSTEMEN VAN MORGEN

Actie 1: Ontwikkelen, opvolgen en valoriseren van onderzoeks- en innovatieprojecten

ACTIELIJN 7: GOVERNANCE INZAKE DE TOEPASSING VAN DE STRATEGIE

Actie 2: Zorgen voor samenwerking en samenhang tussen verschillende organen die betrokken zijn bij de uitvoering van de strategie

 

Illustratie
Talen
Frans
Dutch
Adresse

Thurn & Taxis-site
Havenlaan 86C / 3000
1000 Brussel
België

E-mail
Ecocons@environnement.brussels

Le jeu de la Ficelle

Ter info: deze tool bestaat alleen in het Frans

Ce jeu de rôle est proposé par Quinoa et Rencontre des Continents.

Il permet de visualiser, à l’aide d’une ficelle,  la complexité et les nombreux impacts de notre système alimentaire mondialisé.

Publics cibles

- Elèves du primaire à partir de la 5e (version « identités enfants »)

- Elèves du secondaire (cycles inférieur et supérieur)

- Etudiants

- Adultes

- Formateurs et animateurs du secteur associatif (éducation au développement, éducation relative à l’environnement, promotion de la santé, etc.)

Objectifs
  •  Renforcer les capacités à établir des liens entre thématiques locales et globales et entre enjeux au Nord et au Sud.
  • Faire prendre conscience des impacts socio-économiques, environnementaux et de santé de notre modèle alimentaire et favoriser la construction d’un regard critique sur notre société de consommation.
  • Ouvrir des perspectives d’actions alternatives au modèle actuel, tant individuelles que collectives.
  • Favoriser la mise en projet d’une école, d’une association, d’un groupe de consommateurs ou de citoyens, etc.
Résumé

Dans le Jeu de la Ficelle, chaque participant reçoit un rôle : un paysan d’Amérique latine, le pétrole, une courgette, une multinationale agroalimentaire, un agriculteur belge, l’Organisation mondiale du commerce, la publicité, etc. Tout au long de l’animation, une corde passée de mains en mains tisse une toile et illustre les liens et implications de nos choix alimentaires.

Cet outil offre un éclairage visuel et original sur les relations entre le contenu d’une assiette belge classique et les nombreuses problématiques liées à l’alimentation : qualité de l’eau, dettes des pays du Sud, malnutrition, réchauffement climatique, etc.  Au-delà de la thématique alimentaire, par son approche systémique, le jeu souligne également l’interdépendance des populations et le phénomène de la mondialisation.

La dernière phase de l’animation invite les participants à réfléchir sur les initiatives, individuelles et collectives, qui peuvent être mises en place pour apporter des solutions.

Une deuxième version du jeu a été développée sur le thème spécifique de la viande.

En pratique

- Prévoir au moins ½ journée d’animation avec un groupe de 15 à 25 personnes

- Outils :

  • Farde d’animation : explication de l’animation, cartes des rôles, fiches thématiques, ressources, etc.

ou Réseau IDée : www.reseau-idee.be - info@reseau-idee.be - 02 286 95 70

ou Rencontre des Continents : www.rencontredescontinents.be02 734 23 24

ou Quinoa : www.quinoa.be

  • Carnet d’accompagnement téléchargeable : pistes pour repenser notre rapport au monde et ouvrir des perspectives d’actions alternatives au modèle actuel
  • Site internettous les outils pour l’animation, compléments et adaptations, calendrier des formations, etc. 

- Des formations à l’outil sont proposées aux animateurs et éducateurs deux à trois fois par an

Pour être informé des dates, consultez les Actualités du site internet ou inscrivez-vous à la newsletter : www.jeudelaficelle.net

 

Documentatie