Het aantal zogenaamd traditionele landbouwers blijft dalen in België. In Brussel daarentegen is de landbouwsector sinds een tiental jaar terug in opkomst dankzij de groei van de stadslandbouw (SL) die dicht bij de consument staat en begaan is met het leefmilieu. Vandaag telt het Gewest een vijftigtal professionele ondernemingen waarvan bijna 75% uitgebaat worden door jonge landbouwers die niet afkomstig zijn uit een landbouwmilieu, in het Frans worden ze wel eens NIMAculteurs genoemd (agriculteur non-issu·e du monde agricole, landbouwer die niet afkomstig uit het landbouwmilieu). Welke gronden bewerken ze, hoe stabiel is de sector, wat zijn de uitdagingen, maar ook: welke moeilijkheden en bedreigingen kunnen de ontwikkeling tegenhouden?
Een nieuwe duurzame en veerkrachtige wind door de landbouwsector
De stadslandbouw in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest is erg gevarieerd, zowel omwille van zijn productievorm, distributiewijze en ondersteuningstypes. Van groenteteelt tot de productie van champignons, rechtstreekse verkoop of via restauranthouders, productie in de grond of bovengronds, binnen of buiten ... De diversiteit van deze landbouwpraktijken is de kracht van stadslandbouw, een soort landbouw die zich aan elk type omgeving kan aanpassen.
Deze projecten beperken zich zelden enkel tot landbouw. Ze hebben vaak een educatieve of sociale dimensie, zoals La ferme urbaine, gerund door de vzw Le Début des Haricots in Neder-Over-Heembeek, Bel Akker gerund door Atelier Groot Eiland – twee ruimtes voor sociale en professionele integratie door groenteteelt. Of de pedagogische boerderijen in het Maximiliaanpark in Jette ... In feite is deze nieuwe vorm van landbouw een instrument voor transitie en toegang tot lokaal en duurzaam voedsel. Als onderdeel van een agro-ecologische aanpak kan stadslandbouw zelfs helpen om de kwaliteit van de volle grond te verbeteren en bijdragen aan het herstel van de levende bodems.
Stadslandbouw kan daarom worden gekarakteriseerd aan de hand van 3 criteria: de locatie van de productie ten opzichte van de stad, de wederzijdse functionaliteiten met de stad (voedselfunctie) en de integratie in de stedelijke dynamiek: gezondheid, economie, sociale interacties, onderwijs, opleiding, vrije tijd, stads- en landschapsontwikkeling, leefmilieu ...
Een vaag wettelijk kader
Ondanks het groeiende belang van deze praktijk, heerst er nog steeds een zekere mate van rechtsonzekerheid. Stadslandbouw wordt niet vermeld in de plannen en reglementen die de activiteiten en het grondgebruik organiseren, ook niet in het Gewestelijk Bestemmingsplan (GBP) dat de basis vormt van de Brusselse regelgeving. In zekere zin zorgt dit juridische vacuüm voor een zekere flexibiliteit voor de locatie van projecten, aangezien productieve activiteiten zijn toegestaan in de meeste zones van het GBP. Naar gelang de zonering is de beschikbare oppervlakte echter wel beperkt. Dus, als we kijken naar de bestaande projecten:
- In de landbouwzones van het GBP, die natuurlijk aan deze functie gewijd zijn en zich voornamelijk in Neerpede bevinden, treffen we verschillende producenten aan: bijvoorbeeld Smala Farming, een stadsboerderij die verbonden is aan het restaurant Smala in Sint-Gillis, de zelfgemaakte kruidenthee Hierba Buena, Fruit Time ...
- In de groene zone, waar de prioriteit ligt bij het behoud van de natuurlijke omgeving, zijn er een aantal producenten, waaronder Ile de Garde Tisanerie in Jette (die een vijftigtal culinaire, aromatische en medicinale planten kweekt), La fille des saisons in de buurt van de universiteitscampus van Anderlecht (die groenten, eetbare bloemen en aromatische planten produceert) en Les Garçons Maraichers (die een grote verscheidenheid aan tomaten onder glas kweekt).
- De aquaponicskwekerij BIGH heeft haar infrastructuur opgezet in een zeer gemengde zone op de daken van de site van de Abattoirs in Anderlecht. Het Bel Akker-project ligt deels in een gemengde zone en deels in een woonzone.
Hoewel de grootste productiegebieden zich op het platteland van Neerpede bevinden, is meer dan drie vierde van de producenten nu gevestigd buiten deze randstedelijke gebieden en liggen ze verspreid over het hele Gewest.
Steun om de problemen van de sector te verlichten
In Brussel is landbouw, net als op het platteland, een essentieel maar veeleisend beroep, en dat is niets nieuws. In een stadsgewest waar de ruimte beperkt is, worden de stedelijke producenten geconfronteerd met een reeks obstakels, waaronder een gebrek aan ruimte en te weinig plekken om zich te vestigen. Dit geldt zowel voor projecten in de open grond als op daken. De landbouwsector is, net als andere kwetsbare functies, onderhevig aan grond- en vastgoeddruk, die volgens de laatste gegevens van de vastgoedbarometer van de Koninklijke federatie van het Belgisch Notariaat nog steeds toeneemt[2]. Voor grondloze teelten zijn er nog andere technische beperkingen: draagkracht en stabiliteit, toegankelijkheid en transport van materialen, toegang tot en opslag van water ...
De administraties zijn zich bewust van de uitdagingen waarmee stedelijke producenten worden geconfronteerd en bundelen hun krachten om stadslandbouw te ondersteunen: steun voor begeleidende actoren die gespecialiseerd zijn in stadslandbouw (Terre-en-vue voor toegang tot land, Espace Test Agricole de Graines de Paysans, Federatie van professionals in de stadslandbouw, Loket voor lokale economie gespecialiseerd in stadslandbouw, Facilitator voor Stadslandbouw), hervorming van pachtcontracten voor boerderijen, nieuwe verordening voor meer structurele financiering voor UA ...
Twee interessante projecten
Stadslandbouw verovert zijn plaats in het Brusselse landschap en wordt een essentieel onderdeel van de duurzame ontwikkeling van de stad. Dit is een voortzetting van wat het Gewest in 2016 begon te doen met de Good Food-strategie. Hoewel de sector volwassener is, met stabielere bedrijfsmodellen, is het evenwicht nog steeds fragiel en is de beschikbaarheid van technisch toegankelijke en betaalbare landbouwgrond nog steeds een complexe kwestie.
Daarom is het belangrijk om te werken aan een flexibel en passend regelgevend kader dat als een van de hefbomen kan fungeren om landbouwers en de ontwikkeling van deze jonge en dynamische sector te ondersteunen. De herziening van het GBP is de volgende fase in dit proces: dit najaar wordt een open raadpleging gelanceerd die gebaseerd is op werk dat is uitgevoerd met gewestelijke instellingen en een aantal belanghebbenden om de bevindingen, problemen en actiemogelijkheden vast te leggen.
Tegelijkertijd is er een ander project gestart over de hervorming van pachtovereenkomsten: er wordt een voorontwerp van ordonnantie opgesteld dat beter is aangepast aan de specifieke kenmerken van de Brusselse landbouw. Dat zal het onderwerp zijn van een volgend artikel in deze nieuwsbrief.
Om meer te weten te komen over de territoriale regelgeving met betrekking tot stadslandbouw en de problemen die hiermee gepaard gaan:
- Gids van de territoriale reglementeringen voor de stadslandbouw uitgebracht in 2019
- Actieplan 2020, stadslandbouw: aanpassingen wetgeving van mei 2020
Paula Nahmias en Yvon Le Caro, “Pour une définition de l'agriculture urbaine : réciprocité fonctionnelle et diversité des formes spatiales”, Environnement Urbain / Urban Environment [online], Volume 6 | 2012, online sinds 16 september 2012, geraadpleegd op 17 juli 2023. URL: http://journals.openedition.org/eue/437
[2] Fednot, ‘Vastgoedbarometer 2022: markt koelt lichtjes af, jonge kopers bijzonder actief’, [online], online sinds 16 januari 2023, geraadpleegd op 17 juli 2023, https://www.notaris.be/nieuws-pers/detail/vastgoedbarometer-2022-markt-koelt-lichtjes-af-jonge-kopers-bijzonder-actief